Om te worden erkend, moet de tandarts voldoen aan de volgende voorwaarden:
- Houder zijn van een diploma, certificaat of enig ander document dat werd uitgereikt door de Belgische overheid (of als gelijkwaardig is erkend door de Belgische overheid).
- De tandarts moet het diploma laten viseren door de FOD Volksgezondheid.
- De tandarts moet een stage hebben doorlopen die werd goedgekeurd en opgevolgd door de erkenningscommissie (Erkenningscommissie - Tandarts) van zijn discipline.
Van zodra zijn opleiding is beëindigd, moet de tandarts zijn erkenning aanvragen (erkenningsaanvraag tandarts 1+ 2) per aangetekende brief (adres FOD).
De minister stuurt het aanvraagdossier voor advies naar de bevoegde kamer van de erkenningscommissie. Het met redenen omklede advies van de kamer wordt binnen de 30 dagen aan de minister kenbaar gemaakt. Het wordt ook meegedeeld aan de kandidaat. Elk positief advies wordt bezorgd aan het RIZIV die een nomenclatuurnummer als erkend tandarts toekent.
De kandidaat kan beroep instellen bij de Raad van de Tandheelkunde. Wanneer het advies negatief en definitief is, wordt het RIZIV hiervan op de hoogte gebracht.
Behouden van de titel
De bijzondere beroepstitel van algemeen tandarts wordt toegekend voor onbepaalde duur. Om erkend te blijven en de terugbetaling voor de patiënten te verzekeren, moet de betrokken beroepsbeoefenaar voldoen aan 4 criteria:
- De dossiers van zijn patiënten bijhouden.
- Zich houden aan de voorwaarden voor de uitoefening van het beroep.
- Deelnemen aan de toediening van gezondheidszorg in het kader van een wachtdienst. De beurtrol voor de wachtdienst moet doorgegeven worden aan de Wachtdienst Algemeen Tandarts Vlaanderen.
- Zich regelmatig bijscholen.
De voorwaarden om de bijzondere beroepstitel te behouden gelden voor alle erkenningen (dus ook voor degenen die werden gekregen op basis van gelijkwaardigheid).
De erkende algemeen tandartsen moeten een opleidingscyclus van 6 jaar volgen. Die bijscholing omvat minimum 60 uren, met een minimum van 20 uren per periode van twee jaar. De opleidingen in het kader van de Riziv-accreditatie worden erkend. In het buitenland gevolgde bijscholingsactiviteiten worden enkel aanvaard als ze in dat land zelf in aanmerking komen voor erkende permanente bijscholing. Dit moet worden aangetoond.